Belangrijk om te weten is dat onderstaande belastingregels van toepassing zijn op zowel klassieke fietsen, elektrische fietsen als speed-pedelecs, kortom op alle soorten fietsen.
VAA
De terbeschikkingstelling van een (huur)fiets aan een werknemer door een werkgever geeft geen aanleiding tot een voordeel van alle aard zoals dat het geval is voor een auto. Dit is een wens van de autoriteiten om de zachte mobiliteit te stimuleren. Deze uitzondering geldt echter alleen als de fiets in kwestie regelmatig wordt gebruikt voor woon-werkverkeer. Het wettelijke kader bepaalt dat de werknemer het moet gebruiken voor ten minste 10% van zijn woon-werkverplaatsingen, d.w.z. 22 dagen per jaar. Deze 10% is uiteraard moeilijk te controleren door de werkgever en nog minder door de autoriteiten. Maar een eenvoudige verklaring op erewoord van de werknemer is voldoende, aldus de Ruling Commissie. Ter conclusie, de door de werkgever ter beschikking gestelde fiets mag zonder beperking voor privédoeleinden worden gebruikt.
Kilometertoelage
Om het gebruik van de fiets verder te stimuleren, kan een werkgever besluiten een kilometervergoeding toe te kennen aan werknemers die hun tweewieler daadwerkelijk gebruiken. De hoogte van dat bedrag wordt aan de werkgever overgelaten, maar weet dat dit bedrag vrijgesteld is van roerende voorheffing en socialezekerheidsbijdragen als het niet meer bedraagt dan 0,25 euro per werkelijk afgelegde kilometer. Het is dus volledig belastingvrij, zowel voor de werkgever als voor de werknemer. Echter wijzen we erop dat deze vergoeding geenszins een verplichting voor de werkgever inhoudt en alleen betrekking heeft op woon-werkverplaatsingen. Als een werknemer zijn fiets overdag gebruikt voor een werkverplaatsing, komt dit niet in aanmerking voor een vergoeding.
RSZ
Het wettelijk kader is ook vrij gunstig wat de socialezekerheidsbijdragen betreft. Als de fiets gedeeltelijk voor privéverplaatsingen (inclusief woon-werkverkeer) en gedeeltelijk voor werkgerelateerde verplaatsingen wordt gebruikt, is het gebruik ervan niet onderworpen aan socialezekerheidsbijdragen. Indien de fiets echter uitsluitend voor privé-doeleinden en niet voor het woon-werkverkeer wordt gebruikt, is het voordeel onderworpen aan de RSZ, berekend tegen de werkelijke waarde volgens de prijs van de fiets en de duur van het gebruik ervan.
Fiscale aftrekbaarheid
De kosten voor het gebruik van een fiets zijn volledig aftrekbaar voor de werkgever als de fiets daadwerkelijk wordt gebruikt voor het woon-werkverkeer. Onder gebruikskosten wordt verstaan: de aanschaf van de fiets, onderhoud en reparaties, accessoires (helm, slot, enz.), de bouw of de verbouwing van een pand dat bestemd is voor de stalling van fietsen, kleedkamers of sanitaire voorzieningen.
BTW
Wat de BTW betreft, zijn de algemene regels voor aftrek van toepassing. Met andere woorden, er is geen BTW-aftrek voor privé-verplaatsingen of verplaatsingen tussen woon- en werkplaats. De BTW op de kosten van onroerende goederen die bedoeld zijn om bijvoorbeeld een fietsenstalling, sanitaire voorzieningen of een kleedkamer voor fietsers te voorzien, zijn echter volledig aftrekbaar.
De bedrijfsfiets en het mobiliteitsbudget
Een andere reden waarom fietsen aantrekkelijker wordt, is dat het perfect past in het mobiliteitsbudget. Via pijler 2 (duurzame vervoermiddelen) is het perfect mogelijk om voor een fiets te kiezen en daardoor te profiteren van een zeer voordelige belasting. De werknemer betaalt geen belasting voor het gebruik van de fiets voor het woon-werkverkeer, terwijl de kosten voor de werkgever volledig aftrekbaar zijn. Beide profiteren ook van een vrijstelling van socialezekerheidsbijdragen voor alles wat via de tweede pijler wordt geïntegreerd.
Privé-fiets
Als sommige werknemers niet profiteren van een bedrijfsfiets, maar toch met hun eigen fiets naar het werk komen of de fiets voor professionele verplaatsingen gebruiken, kunnen zij ook van bepaalde belastingvoordelen profiteren. In de eerste plaats kunnen zij een kilometervergoeding krijgen die vrijgesteld is van socialezekerheidsbijdragen als deze niet hoger is dan 0,25 euro/ werkelijk afgelegde kilometer. Deze vergoeding geldt als zij een klassieke, elektrische of speed-pedelec gebruiken, en is volledig aftrekbaar voor de werkgever. Het kan ook worden gecombineerd met andere reiskostenvergoedingen.