Ter herinnering geven we eerst een overzicht van de wijzigingen die ons de komende jaren te wachten staan. We herhalen ook nog eens dat alle maatregelen die genomen werden in het kader van de wetgeving op de vergroening van de bedrijfswagenfiscaliteit aan de kant van de werkgever zitten. Langs werknemerszijde is er wel een indirecte impact op het voordeel van alle aard (VAA) doordat het CO2-indexeringsmechanisme hiervan gebaseerd is op de gemiddelde CO2-uitstoot van de nieuw verkochte wagens in België. Er van uit gaande dat deze de komende jaren verder zal zakken door de fiscale sturing, zal vooral voor diesel- en benzinerijders het VAA relatief sneller stijgen dan in het verleden het geval was. Ook de werkgever zal dit voelen via de verworpen uitgaven op het VAA (40% van het VAA indien er wél, 17% indien er geen tankkaart/laadpas ter beschikking staat van de werknemer).
Wat verandert er vanaf 1/1/2023?
Voor PHEV besteld vanaf 1/1/2023 wordt de fiscale aftrekbaarheid voor de verbruikskosten van de fossiele brandstof (benzine of diesel) beperkt tot 50%. Voor PHEV besteld vóór 1/1/2023 blijven de huidige fiscale en sociale regels geldig.
Wat verandert er vanaf 1/7/2023?
Voor niet-zero emissie voertuigen (incl. PHEV) die besteld worden vanaf 1/7/2023 zal:
- De maandelijkse CO2-solidariteitsbijdrage voor de RSZ stijgen met een factor x2,25 in de periode van 1/7/2023 t.e.m. 31/12/2024;
- De maandelijkse CO2-solidariteitsbijdrage voor de RSZ stijgen met een factor x2,75 in de periode van 1/1/2025 t.e.m. 31/12/2025;
- De maandelijkse CO2-solidariteitsbijdrage voor de RSZ stijgen met een factor x4 in de periode van 1/1/2026 t.e.m. 31/12/2026;
- Vanaf 1/1/2027 de maandelijkse CO2-solidariteitsbijdrage voor de RSZ stijgen met een factor x5,5.
De vermelde verhogingsfactoren gelden op de oorspronkelijke (geïndexeerde) CO2-bijdrage die verschuldigd was (dus geen verhoging op de verhoging van het voorgaande jaar).
Het minimum bedrag van de maandelijkse RSZ CO2-bijdrage wordt voor alle vanaf 1/7/2023 bestelde voertuigen – dus ook zero emissie voertuigen – vanaf inkomstenjaar 2025 stapsgewijze verhoogd als volgt:
heden tot 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | vanaf 2028 | |
Min. bedrag
(niet geïndexeerd) |
€ 20,83 | € 23,41 | € 25,99 | € 28,57 | € 31,15 |
Wij herinneren eraan dat deze bijdrage enkel verschuldigd is voor gebruikers van een bedrijfswagen met een werknemersstatuut, dus niet voor zuivere zelfstandigen en zelfstandige bedrijfsleiders. Ook een lichte vrachtwagen (N1) waarmee een werknemer geen zuivere privé-verplaatsingen aflegt, is niet onderworpen aan de CO2– solidariteitsbijdrage voor de RSZ.
Tevens zullen, voor niet-zero emissie voertuigen (incl. PHEV) besteld tussen 1/7/2023 en 31/12/2025 de volgende regels gelden voor wat de fiscale aftrekbaarheid betreft:
- vanaf inkomstenjaar 2025 zal de minimale aftrek die op 50% lag voor voertuigen met een CO2-uitstoot lager dan 200 g/km en op 40% voor voertuigen vanaf 200 g/km Concreet betekent dit bv. dat voor dieselvoertuigen die meer dan 140 g/km CO2 uitstoten en die in die periode besteld worden, de aftrek vanaf aanslagjaar 2026 (= inkomsten 2025) onder de 50% zakt na toepassing van de formule inzake kostenaftrek (120% – 0,5% x […]g/km). Volgens diezelfde formule zullen dieselvoertuigen met een uitstoot vanaf 240 g/km die in betreffende periode besteld worden, geen recht meer hebben op fiscale aftrek (0%) vanaf inkomstenjaar 2025.
- vanaf inkomstenjaar 2025 zal voor voertuigen die in de betreffende periode besteld werden, een aftrekplafond gelden als volgt:
- In inkomstenjaar 2025 een plafond van 75%
- In inkomstenjaar 2026 een plafond van 50%
- In inkomstenjaar 2027 een plafond van 25%
- Vanaf inkomstenjaar 2028 is er geen recht op aftrek meer
Wat verandert er vanaf 1/1/2026?
Voor niet-zero emissie voertuigen besteld vanaf 1/1/2026 zal er geen recht op aftrek meer zijn.
Voor zero-emissie voertuigen besteld vanaf 1/1/2027 en de jaren erna wordt geleidelijk een aftrekbeperking ingevoerd als volgt:
Besteld in: | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | 2031 |
Aftrek-%: | 100% | 95% | 90% | 82,5% | 75% | 67,5% |
Zero-emissie voertuigen die in een van de vermelde jaren besteld werden, behouden het overeenstemmende aftrekpercentage die gold in het jaar van bestelling voor de rest van de looptijd en zolang het voertuig in gebruik is bij dezelfde belastingplichtige (i.c. leasenemer, huurder of koper).
Verduidelijkingen door de administratie
- Hoe correct aantonen dat een voertuig besteld werd vóór een van de hiervoor vermelde startdata van nieuwe fiscale en sociale regels?
“Besteld” wil zeggen:
- Bestelbon opgemaakt en ondertekend vóór een startdatum van nieuwe regels door de verkoper en koper-belastingplichtige van het voertuig indien deze niet kiest vóór een leasingformule;
- Leasingovereenkomst ondertekend vóór een startdatum van nieuwe regels door de leasegever en leasenemer-belastingplichtige indien deze beslist om een leasingformule aan te gaan.
Dit betekent concreet dat een bestelling die initieel rechtstreeks werd aangegaan tussen de verkoper en autokoper en die na de vermelde datum omgezet wordt naar een leasingbestelling, NIET meer valt onder de oude fiscale regels.
Wij raden leasingmaatschappijen in deze context ook aan hun bestellingen onmiddellijk na ondertekening van de lease-overeenkomst te plaatsen bij de verdeler of constructeur en niet te wachten tot na een van de vermelde startdata van nieuwe fiscale regels.
Concreet bevelen wij aan, ten einde alle discussie met de administraties te vermijden:
- Wie een PHEV wenst te bestellen en niet wil vallen onder de 50% aftrekbeperking voor het fossiele brandstofverbruik, dient de bestelbon met zijn/haar verdeler of de leasingovereenkomst te ondertekenen vóór 1/1/2023. De leasemaatschappij raden we aan de onderliggende bestelling bij de verdeler of constructeur eveneens te plaatsen vóór 1/1/2023.
- Wie nog een voertuig met fossiele brandstof aangedreven motor wenst te bestellen (inclusief PHEV) en nog wil genieten van het huidige fiscale regels, dient de bestelbon met zijn/haar verdeler of de leasingovereenkomst te ondertekenen vóór 1/7/2023. De leasemaatschappij raden we aan de onderliggende bestelling bij de verdeler of constructeur eveneens te plaatsen vóór 1/7/2023.
- Voor korte-termijn huurvoertuigen heeft de FOD Financiën aangegeven dat de datum van ondertekening van de huurovereenkomst geldt als besteldatum. Men meldt dat zij voor de FOD Sociale Zaken geen uitspraken kunnen doen, maar de ervaring leert dat de regels hier doorgaans conform door beide administraties worden toegepast.-
Concreet zou dit betekenen dat, indien de FOD Sociale Zaken zich aansluit bij het standpunt van de FOD Financiën, ongeacht de inschrijvingsdatum van het voertuig, een huurovereenkomst die vanaf 1/7/2023 werd ondertekend, onder de nieuwe spelregels valt en dus onderworpen is aan een verhoogde (x2,25) CO2-solidariteitsbijdrage die geldt voor niet-zero emissie voertuigen.
Aangezien de fiscale aftrekbeperkingen en het verval van de minimumaftrek slechts ingaan vanaf inkomstenjaar 2025, is er in 2023 en 2024 op vlak van verworpen uitgaven geen impact ten opzichte van de huidige situatie voor korte-termijn wagens.
- Is er een ultieme leveringsdatum voor de voertuigen die besteld werden vóór 1/7/2023 opdat ze nog kunnen genieten van de oude fiscale en sociale regeling?
Antwoord van de FOD Financiën:
“Er zijn geen wettelijke bepalingen die voorzien in een bepaalde termijn voor de periode tussen de datum van de bestelbon en de uiteindelijke levering van het voertuig. Wanneer evenwel wordt vastgesteld dat er een constructie is opgezet waarbij er een bestelbon of ‘leasecontract’ wordt gesloten vóór 1/7/2023 met een levering op een veel latere datum enkel met het oogmerk om te kunnen genieten van de oude fiscale regels, dan kan er sprake zijn van simulatie en kan dit aanleiding geven tot een discussie met de fiscus. Dit moet worden beoordeeld aan de hand van de feitelijke omstandigheden.”
(nvdr: ook hier kan de FOD financiën geen uitspraken doen voor de FOD Sociale Zaken)
- Quid tweedehandsvoertuigen? Geldt de datum van eerste inschrijving als bepalende datum voor de fiscaliteit of vervalt de oude fiscale regeling eens een voertuig wordt verkocht en/of opnieuw wordt ingeschreven?
Antwoord van de FOD Financiën:
“De van toepassing zijnde aftrekbeperking wordt bepaald op het moment dat de belastingplichtige het voertuig heeft aangekocht, geleased of gehuurd. Een belastingplichtige die in de loop van 2024 een tweedehandsvoertuig koopt, dat oorspronkelijk vóór de datum van 01.07.2023 werd aangekocht, is onderworpen aan de aftrekbeperking zoals van toepassing in 2024, op het moment van zijn aankoop van het tweedehandsvoertuig.
Wanneer een leasingovereenkomst voorziet in het lichten van een aankoopoptie bij het verstrijken van de overeenkomst, dan blijven de bepalingen voor de aftrekbaarheid van voertuigen van toepassing zoals ze van toepassing zijn op het moment van het afsluiten van de leasingovereenkomst als de optie ook effectief wordt gelicht.”
Dit laatste houdt in dat een belastingplichtige die een huur/leasecontract met koopoptie voor het voertuig ondertekent vóór een van de vermelde startdata van nieuwe regels, en deze koopoptie licht bij afloop van het huur/leasecontract, de fiscale en sociale regels behoudt die van toepassing waren op de datum van het huur/leasecontract.
(nvdr: ook hier kan de FOD financiën geen uitspraken doen voor de FOD Sociale Zaken)
Typesituaties
Hieronder volgen wat typesituaties voor een PHEV (1), een ICE / HEV /… (2) en een ZEV (3):
PHEV – Situatie 1a | |
Bestelsituatie: | leasecontract afgesloten, korte-termijn huurovereenkomst of bestelbon getekend vóór 1/1/2023 |
Impact: | Het voertuig behoudt de fiscale en sociale regels, inclusief aftrek van de brandstofkosten, die in 2022 golden, zolang het voertuig in gebruik is bij dezelfde belastingplichtige (i.c. leasenemer, huurder of koper). |
PHEV – Situatie 1b | |
Bestelsituatie: | leasecontract afgesloten, korte-termijn huurovereenkomst of bestelbon getekend tussen 1/1/2023 en 30/06/2023 |
Impact: | Het voertuig behoudt de fiscale en sociale regels die in 2022 golden over de volledige looptijd, maar voor de getankte fossiele brandstof is de aftrekbaarheid van het voertuig beperkt tot 50% zolang het voertuig in gebruik is bij dezelfde belastingplichtige (i.c. leasenemer, huurder of koper).
Stel dat er per maand 100 EUR benzine wordt getankt, dan bedraagt de netto meerkost 100×50%x25% (aanslagvoet VenB) = 12,5 EUR per maand |
PHEV – Situatie 1c | |
Bestelsituatie: | leasecontract afgesloten, korte-termijn huurovereenkomst of bestelbon getekend tussen 1/7/2023 en 31/12/2025 |
Impact: | – In inkomstenjaren 2023-2024 behoudt het voertuig de fiscale status die het had vóór 1/7/2023 en blijft de aftrekbaarheid van de getankte fossiele brandstof beperkt tot 50%. In deze jaren wordt de RSZ CO2-bijdrage (werknemersstatuut) vermenigvuldigd met factor 2,25.
– In inkomstenjaar 2025 wordt de aftrek van het voertuig en van het elektrisch verbruik beperkt tot 75% en blijft de aftrekbaarheid van de getankte fossiele brandstof beperkt tot 50%. In dit jaar wordt de RSZ CO2-bijdrage vermenigvuldigd met factor 2,75. – In inkomstenjaar 2026 wordt de aftrek van het voertuig, het elektrisch verbruik en de getankte fossiele brandstof beperkt tot 50%. In dit jaar wordt de RSZ CO2-bijdrage vermenigvuldigd met factor 4. – In inkomstenjaar 2027 wordt de aftrek van het voertuig, het elektrisch verbruik en de getankte fossiele brandstof beperkt tot 25%. In dit jaar wordt de RSZ CO2-bijdrage vermenigvuldigd met factor 5,5. – In inkomstenjaar 2028 en nadien is er geen aftrek meer (0%) voor het voertuig, noch voor het elektrisch verbruik en de getankte fossiele brandstof. Vanaf dit jaar en nadien blijft de RSZ CO2-bijdrage met factor 5,5 vermenigvuldigd. |
PHEV – Situatie 1d | |
Bestelsituatie: | leasecontract afgesloten, korte-termijn huurovereenkomst of bestelbon getekend vanaf 1/1/2026 |
Impact: | Er is geen aftrek (0%) voor het voertuig, noch voor het elektrisch verbruik en de getankte fossiele brandstof. De RSZ CO2-bijdrage (werknemersstatuut) wordt vermenigvuldigd met factor 5,5. |
ICE / HEV / … – Situatie 2a (niet-PHEV) | |
Bestelsituatie: | leasecontract of korte-termijn huurovereenkomst afgesloten of bestelbon getekend vóór 1/7/2023 |
Impact: | Het voertuig behoudt de fiscale en sociale regels, inclusief aftrek van de brandstofkosten die golden vóór 1/7/2023, zolang het voertuig in gebruik is bij dezelfde belastingplichtige (i.c. leasenemer, huurder of koper). |
ICE / HEV / … – Situatie 2b (niet-PHEV) | |
Bestelsituatie: | leasecontract of korte-termijn huurovereenkomst afgesloten of voertuig besteld tussen 1/7/2023 en 31/12/2025 |
Impact: | – In inkomstenjaren 2023-2024 behoudt het voertuig en de verbruikskost de fiscale status die het had vóór 1/7/2023. In deze jaren wordt de RSZ CO2-bijdrage (werknemersstatuut) vermenigvuldigd met factor 2,25.
– In inkomstenjaar 2025 is de aftrek van het voertuig en de verbruikskost beperkt tot 75%. Indien het voertuig al een lagere aftrek had, blijft deze van toepassing. De bodemaftrek is voortaan 0% en de RSZ CO2-bijdrage wordt vermenigvuldigd met factor 2,75. – In inkomstenjaar 2026 is de aftrek van het voertuig en de verbruikskost beperkt tot 50%. Indien het voertuig al een lagere aftrek had, blijft deze van toepassing. In dit jaar wordt de RSZ CO2-bijdrage vermenigvuldigd met factor 4. – In inkomstenjaar 2027 is de aftrek van het voertuig en de verbruikskost beperkt tot 25%. Dit jaar en ook nadien wordt de RSZ CO2-bijdrage vermenigvuldigd met factor 5,5. – Vanaf inkomstenjaar 2028 en daarna is er geen aftrek meer voor het voertuig en de verbruikskost. |
ICE / HEV / … – Situatie 2c (niet-PHEV) | |
Bestelsituatie: | leasecontract, korte-termijn huurovereenkomst of bestelbon getekend vanaf 1/1/2026 |
Impact: | Er is geen aftrek (0%) voor het voertuig, noch voor de getankte brandstof. De RSZ solidariteitsbijdrage (werknemersstatuut) wordt vermenigvuldigd met factor 5,5. |
ZEV – Situatie 3a | |
Bestelsituatie: | Leasecontract, korte-termijn huurovereenkomst of bestelbon getekend vóór 1/7/2023 |
Impact: | Het voertuig + elektrische verbruik behoudt de huidige fiscale en sociale regels: maximale fiscale aftrek van 100% en minimale RSZ CO2-bijdrage. Het minimum bedrag van RSZ CO2-bijdrage blijft €20,83 (bedrag niet geïndexeerd) zolang het voertuig in gebruik is bij dezelfde belastingplichtige (i.c. leasenemer, huurder of koper). |
ZEV – Situatie 3b | |
Bestelsituatie: | Leasecontract, korte-termijn huurovereenkomst of bestelbon getekend tussen 1/7/2023 en 31/12/2026 |
Impact: | Idem als in situatie 3a, maar het minimum bedrag van RSZ CO2-bijdrage is € 20,83 in 2023 en 2024, en stijgt tot € 23,41 in 2025, € 25,99 in 2026, € 28,57 in 2027 en €31,15 vanaf 2028 (bedragen niet geïndexeerd). |
ZEV – Situatie 3c | |
Bestelsituatie: | Leasecontract, korte-termijn huurovereenkomst of bestelbon getekend tussen 1/1/2027 en 31/12/2027 |
Impact: | Het voertuig + elektrisch verbruik is 95% fiscaal aftrekbaar en behoudt de minimale RSZ CO2-bijdrage over de volledige looptijd en zolang het voertuig in gebruik is bij dezelfde belastingplichtige (i.c. leasenemer, huurder of koper).
Het minimum bedrag van RSZ CO2-bijdrage is 28,57 in 2027 en €31,15 vanaf 2028 (bedragen niet geïndexeerd). |
ZEV – Situatie 3d | |
Bestelsituatie: | Leasecontract, korte-termijn huurovereenkomst of bestelbon getekend van 1/1/028 tot 31/12/2028 |
Impact: | Het voertuig + elektriciteitsverbruik is 90% fiscaal aftrekbaar en behoudt de minimale RSZ CO2-bijdrage zolang het voertuig in gebruik is bij dezelfde belastingplichtige (i.c. leasenemer, huurder of koper).
Het minimum bedrag van RSZ CO2-bijdrage is € 31,15 vanaf 2028 (bedrag niet geïndexeerd). |