Wanneer de fiscus een bedrijf controleert, staan bedrijfsauto’s, reizen, hotelovernachtingen en restaurantbezoeken traditioneel bovenaan op de lijst. Dankzij jarenlange ervaring weet de belastingdienst dat sommige bedrijven niet veel aandacht besteden aan het onderscheid tussen privé- en zakenreizen. De fiscus heeft hier in het verleden een aantal rondzendbrieven over uitgegeven en grote bedrijven sluiten vaak fiscale overeenkomsten (rulings) af om verdere discussie te vermijden. Of een internationale reis als privé of als zakelijk wordt beschouwd, hangt af van de feitelijke omstandigheden. De belastingdienst geeft hier enkele richtlijnen:
“Op basis van de ingediende bewijsstukken (inschrijvingsformulieren, reisdocumenten, programmabrochures, enz.) moet systematisch worden nagegaan of sommige van deze uitgaven niet verworpen moeten worden omdat ze ‘privé’ zijn. Het gaat met name om reis- en verblijfkosten voor de partner of andere personen die de belastingplichtige vergezellen, en om ontspannende, toeristische en gastronomische activiteiten in combinatie met opleidingen. Het betreft ook buitensporige hotel- en restaurantkosten, enz. Wanneer deze activiteiten in het buitenland plaatsvinden, moeten bovendien alle daaruit voortvloeiende kosten (heen- en terugreis, accommodatie, excursies, enz.) fiscaal worden verworpen indien niet voldoende is aangetoond dat ze objectief noodzakelijk zijn voor het normale verloop van de seminaries, congressen, enz.”.
Dit artikel is gepubliceerd in de laatste editie van ons magazine. Je kunt het in meer detail lezen in de online versie hieronder.