Deze cijfers tonen aan dat de bedrijfsfiets nog populairder zal worden

Volgens SD Worx zal tegen 2024 en 2025 één op acht KMO’s in Wallonië (13%) en Brussel (12,5%) voor het eerst een bedrijfsfiets aanbieden aan hun personeel. Op die manier verwachten de bedrijven in de twee gewesten een inhaalbeweging te maken ten opzichte van de 16,5% Vlaamse kmo’s die nu al een bedrijfsfiets aanbieden, tegenover 14,1% in Brussel en slechts 7,5% in Wallonië.

Alexia Van Zuylen, Legal Consultant SD Worx, licht toe: “Om talent aan te trekken en te behouden, zijn bedrijfsfietsen een belangrijke troef. In grote KMO’s is deze praktijk al goed ingeburgerd. Minstens 20% biedt al een bedrijfsfiets aan. In KMO’s tussen 100 en 250 werknemers stijgt dit cijfer tot meer dan vier op tien werkgevers. Bij de kleinste KMO’s (minder dan 5 werknemers) zien we nu een inhaalbeweging: 12% van deze KMO’s is van plan om op korte termijn bedrijfsfietsen aan te bieden. In vier op de tien KMO’s is het de werknemer die betaalt; in zes op de tien wordt dit voordeel toegevoegd aan het bestaande loonpakket”.

Werknemers die met de eigen fiets naar het werk komen, ontvangen in veel sectoren ook een fietsvergoeding. Sinds 2023 is dit verplicht via CAO 164 in organisaties en sectoren waar dit nog niet het geval was.

Bijna één Waalse KMO op acht (13%) voelt de impact van deze wetswijziging, vooral KMO’s met meer dan 20 werknemers: ongeveer 40% van hen heeft de fietsvergoeding ingevoerd sinds 2023. Er zijn duidelijke regionale verschillen. KMO’s in Vlaanderen lopen bijvoorbeeld voorop, waar bijna een op de vijf heeft gekozen voor een fietsvergoeding (22%). De impact van deze veranderingen is zwakker in Brussel, waar slechts 12% kiest voor een fietsvergoeding.

De vergoeding verschilt ook van regio tot regio, zoals Alexia Van Zuylen uitlegt: “Voor wie een deel van de weg naar het werk fietst, betalen werkgevers in Wallonië gemiddeld 28 eurocent per afgelegde kilometer. Dus als je bijvoorbeeld 10 keer naar het werk fietst en in totaal 20 km per dag aflegt, bedraagt de vergoeding 56 euro netto. In Brussel ligt dat bedrag iets hoger (29 eurocent).

Tot slot zullen alle fietsen die buiten het mobiliteitsbudget worden toegekend vanaf volgend jaar moeten worden aangegeven bij de belastingdienst.