Als een leasewagen ‘ einde contract’ is, begint meteen het remarketingproces en de eerste stap daarbij is het vaststellen van de schade aan het voertuig. Dat kan vaak voor onaangename verrassingen zorgen. Algemeen wordt de schade volgens de Renta-normen beoordeeld. Om te weten hoe dat precies in zijn werk gaat, gingen we luisteren bij Kristof Delcart, Manager Business Development VAB Fleet Services.
Bij het uit dienst nemen van een leasewagen, blijft de taak van vlootbeheerder eerder beperkt. Dat klinkt als goed nieuws maar toch is er één struikelblok mogelijk in het hele proces, met name het vaststellen van de schade aan het voertuig. Maar laten we beginnen met het makkelijkste deel. Het ophalen van de auto die ‘ einde contract’ is, het weer klaar maken voor verkoop en het vinden van een nieuwe koper zijn zaken die de leasemaatschappij op zich neemt al dan niet in samenwerking met specialisten ter zake. De auto´s worden meestal via het net of een veiling door de leasemaatschappij of een gespecialiseerd bedrijf verkocht aan ofwel particulieren, garagebedrijven of handelaars die een uiteindelijke koper zoeken in het binnen- of buitenland. Maar, en hier komen we bij het moeilijkste punt, toch mag de afhandeling van een auto die `einde contract´ is, niet worden onderschat en kan het financiële gevolgen hebben. In de eerste plaats staan de leasemaatschappijen er op dat de auto niet meer kilometers heeft gereden dan oorspronkelijk in het leasecontract is overeengekomen. Bovendien moet de auto in goede staat verkeren. Vooral dat laatste kan aanleiding geven tot discussies, die soms onaangenaam kunnen zijn. De eindecontractschade die een invloed heeft op de wederverkoop wordt door de leasemaatschappij immers aan de klant door gefactureerd.
Nooit aanvaardbaar
De meeste leasemaatschappijen gebruiken de Renta-normen als criteria om schade vast te stellen en te evalueren. Sommige schades worden aanvaard omdat ze nu eenmaal inherent zijn aan het gebruik van een auto gedurende een periode van drie of vier jaar. Volgens Kristof Delcart van VAB Fleet Services, dat zich opstelt als een onafhankelijke en neutrale inspectiepartner, zijn er drie categorieën van schade: de schade die altijd aanvaardbaar is, nooit aanvaardbaar is en aanvaardbaar is in functie van het aantal verreden kilometers en de leeftijd van het voertuig.
Beginnen we maar eens met de schade die nooit aanvaardbaar is. In de eerste plaats is dat ongevalschade. Ook diepe deuken die groter zijn dan een stuk van 1 Euro kunnen niet. Diepe lange krassen (langer dan 10 centimeter) kunnen niet. We spreken van een diepe kras als die voelbaar is met de vingernagel. Dat wijst er immers op dat de kras tot diep in de laklaag gaat. De laklaag mag niet beschadigd zijn door chemische inwerking bijvoorbeeld ten gevolge van uitwerpselen van vogels. Roest wordt evenmin aanvaard en dat geldt ook voor een slechte herstelling. Een dergelijke herstelling valt meteen op door bijvoorbeeld een groot kleurverschil met de rest van het koetswerk, slecht passende onderdelen of panelen of het koetswerkoppervlak dat niet gaaf is. Ook onaanvaardbaar is hagelschade en het ontbreken van bepaalde onderdelen zoals merkemblemen, wieldoppen, delen van het koelrooster, enz…
Ook op de wielen en de banden wordt gelet. Diepe krassen op aluminium velgen die groter zijn dan één vierde van de omtrek van het wiel kunnen niet door de beugel even als zichtbare vervormingen van de velg. Bij de banden mag er geen zichtbare schade zijn van de flanken zoals vervormingen (uitstulpingen) of inkepingen in het rubber.
Ook het interieur moet in goede staat verkeren. Vermijd gsm-kits en kies bij het bestellen van een auto liever voor een ingebouwd systeem, bijvoorbeeld met Bluetooth. Sporen (geur, stof verkleuringen) van roken in de auto worden evenmin aanvaard.
Aanvaardbaar
Enkel `normale´ gebruiksschade wordt aanvaard. Krassen bijvoorbeeld worden aanvaard voor zo ver ze niet te groot zijn (kleiner dan 10 centimeter) en niet voelbaar zijn als je er met een vingernagel overheen gaat. Steenslag op minder dan ¼ van het oppervlak van de motorkap wordt als normale gebruiksschade aanvaard. Hetzelfde geldt voor steenslag buiten het ruitenwisserveld. Beschadiging op bumpers en flankbeschermers wordt aanvaard voor zo ver die niet groter zijn dan het oppervlak van een betaalkaart. Ook lichte krassen op wieldeksels, velgen en buitenspiegels worden aanvaard. Met andere woorden een auto hoeft niet in showroom conditie te verkeren maar de eventuele schade moet binnen de perken blijven van het normale gebruik.
Inspectie
Bij het einde van het contract is het hoe dan ook belangrijk om bij voorkeur een inspectie in aanwezigheid van de gebruiker en iemand van het leasebedrijf te laten maken. Het is zeker niet slecht om dat te laten gebeuren nog voor de auto wordt opgehaald. Op die manier bent u als vlootbeheerder zeker dat mogelijke transportschade niet op uw conto komt. Bovendien kunt u dan nog afwegen om eventuele herstellingen te laten uitvoeren nog voor de auto uiteindelijk uit dienst wordt genomen. Uiteraard moet de auto ook een bewijsbare onderhoudshistoriek hebben, moeten de banden in goed staat verkeren en moeten alle onderdelen (hoedenplank!), sleutels en documenten die bij de auto horen, aanwezig zijn.
Goede huisvader
Om problemen en discussies te vermijden bij het uit dienst nemen van de auto, is het goed de gebruiker op zijn plichten te wijzen en hem aan te manen met zin voor verantwoordelijkheid om te gaan met de auto. Schades kunnen bijvoorbeeld verhaald worden op de gebruiker. Ongevalschade moet meteen worden aangegeven. Kortom de gebruiker moet handelen als een goede huisvader en de auto tijdig binnen brengen voor een servicebeurt en nieuwe banden. In de `car policy´ kan duidelijk vermeld staan waar de gebruiker zich moet aanhouden en waar hij terecht kan voor onderhoud en herstellingen. Regelmatig zelf de auto´s visueel controleren of een tussentijdse inspectie laten uitvoeren door een gespecialiseerd bedrijf is zeker niet slecht en een persoonlijk contact met de gebruiker kan wonderen doen om de verantwoordelijkheidszin aan te scherpen.
Eigen voertuig
Als u een voertuig dat met eigen middelen of via financiering heeft aangekocht, dan moet u zelf de auto weer op de markt brengen als uiteindelijk wordt beslist om het voertuig buiten dienst te stellen. Dat kan op verschillende manieren. U kunt de auto overlaten aan uw merkverdeler en een goede overname bedingen als u er een nieuw voertuig koopt. Over het algemeen krijgt u een betere prijs als de auto van hetzelfde merk is als de nieuwe auto die u aankoopt. Bij een dergelijke overname door de merkverdeler zal u wellicht niet de opperbeste prijs krijgen voor uw auto maar het bespaart u wel heel wat moeite en tijd. U hoeft bijvoorbeeld niet naar de technische keuring te gaan en hoeft ook geen tijd te spenderen aan het ontvangen van potentiële kopers. Een goede tussenoplossing is om de auto te koop aan te bieden bij uw personeel, maar dan moet u wel nog altijd naar de keuring gaan. Welke oplossing u ook kiest, de auto moet in goede staat verkeren en mag enkel `normale´ en aanvaardbare gebruiksschade vertonen. Ook de staat van het interieur is van belang en de banden moeten toch ten minste een profieldiepte van 3 mm hebben. De waarde van een auto wordt ook bepaald door het aantal verreden kilometers, een bewijsbare onderhoudshistoriek en het aanwezig zijn van alle documenten, sleutels en onderdelen zoals bijvoorbeeld de hoedenplank die wel eens wordt `vergeten´. Algemeen wordt aangenomen dat de waarde van een auto serieus daalt als er meer dan 120.000 kilometers op de teller staan. Nog enkele algemene vuistregels: auto´s met vier of vijf deuren behouden beter hun waarde. Auto´s waarvan de cilinderinhoud van de motor meer dan 2 liter bedraagt, liggen moeilijker in de markt.
Tagged With: Einde contract – schade – schadevergoeding – VAB Fleet Services – Waarde – wederverkoop – terugkeren voertuig –