Gepubliceerd op 9 June 2022 om 12h59
Door Jeroen Evens

Europees Parlement beslist: Einde verbrandingsmotor tegen 2035

Woensdag 8 juni besliste het Europees Parlement in Straatsburg over het principe dat nieuwe voertuigen tegen 2035 niet meer mogen aangedreven worden door verbrandingsmotoren. Dit is in minder dan 13 jaren. We spreken hier over een Europees verbod. Daarmee volgt het Europees Parlement in grote lijnen de voorstellen van de commissie. De regel geldt voor alle personenwagens en bestelwagens. Bijkomend werd ook een scherpe tussennorm vastgelegd die in 2030 moet behaald worden. De CO2 voor personenwagens zal dan met 55% moeten dalen ten opzichte van de referentie in 2021.

|
| © |

Die daling bedraagt 50% voor bestelwagens wat uitzonderlijk hoog is. Er waren ook enkele toegevingen. Kleine merken en constructeurs zoals Bugatti, Ferrari en Lamborghini worden uitgesloten van de tussentijdse norm in 2030. De mogelijkheid om verbrandingsmotoren met zogenoemde e-fuels toe te laten werd in het voorstel niet weerhouden. In de praktijk zal dit betekenen dat vanaf 2035 nieuwe voertuigen uitsluitend elektrisch moeten aangedreven worden.

Tot slot melden we nog dat grote automerken waaronder Mercedes Benz en Ford tijdens de recente wereldklimaatconferentie in november 2021 te Glasgow zelf hadden voorgesteld om tegen 2035 geen nieuwe voertuigen met verbrandingsmotoren voor hun belangrijkste afzetmarkten te voorzien. Vlaanderen heeft via haar klimaatplan een voorstel op tafel om reeds tegen 2029 geen nieuwe voertuigen met verbrandingsmotoren toe te laten, dus ook geen plug-in hybrides.

De definitieve wettekst om tegen 2035 binnen de EU geen verbrandingsmotoren meer toe te laten voor nieuwe voertuigen moet wel nog goedgekeurd worden door de verschillende lidstaten. Die volledige goedkeuring is nog niet zeker. Het is wel zeer waarschijnlijk dat de huidige tekst het quasi zal halen en de principes overeind zullen blijven. Het is de bedoeling dat de EU-lidstaten einde juni 2022 tot een definitieve slotversie komen. De voorzitster van de lobbygroep van de Duitse Auto Industrie, Hildegarde Müller, kritiseerde sterk het besluit van het EU Parlement met de argumentatie dat de laadinfrastructuur in 2025 onvoldoende zal zijn in bepaalde EU-landen en betreurde dat klimaatneutrale brandstoffen a priori werden uitgesloten. Om deze kritiek voor te zijn hadden de EU-verkeersministers in Luxemburg op donderdag 2 juni 2022 reeds een overeenkomst bereikt met betrekking tot de uitbouw van laadinfrastructuur. Het is de bedoeling om via de EU-commissie de EU-lidstaten te verplichten tegen 2025 op hun autosnelwegen snellaadstations te voorzien binnen een afstand van 60 km met een vast te leggen minimale snellaadcapaciteit. Ook voor vrachtwagens werden in Luxemburg verschillende voorstellen voorgelegd met betrekking tot tankstations op elektriciteit en waterstof.

In Straatsburg werd ook beslist dat vanaf 2025 luchtvaarmaatschappijen uitstootrechten moeten aankopen hetgeen een impact zal hebben op de ticketprijs. Andere klimaatdoelstellingen uit het pakket ‘Fit for 55’ zullen mogelijks met vertraging of aanpassingen worden uitgevoerd. De parlementsleden konden op 8 juni in Straatsburg evenwel niet tot een akkoord komen met betrekking tot de hervorming van de emissiehandel. Die handel geldt als een centraal instrument om de CO2-uistoot van de industrie in de volgende jaren duidelijk te laten dalen om de beoogde EU-klimaatneutraliteit te bekomen tegen 2050.

Jeroen Evens

Jeroen Evens, redacteur van dit artikel

Jeroen Evens is opgeleid in de Communicatiewetenschappen (KULeuven) en is een enthousiaste volger van alles wat met mobiliteit en bedrijfswagens te maken heeft. Als freelance journalist gespecialiseerd in de fleetsector houdt hij al drie jaar lang de vinger aan de pols van de laatste ontwikkelingen in onze sector.
Dit artikel gaat over: News

Gelijkaardige artikels