TCO-vergelijking BMW i5 vs Mercedes EQE: Concurrenten, maar toch zo anders!

BMW’s nieuwe 5 Reeks is verkrijgbaar als verbrandingsvoertuig, plug-in hybride en nu ook in een volledig elektrische versie, de i5. Slechts een paar visuele elementen onderscheiden de elektrische versie van de andere varianten: specifieke bumpers, exclusieve wielen en een ‘i’ badge op de grille. BMW biedt een traditioneel model dat puristen niet zal choqueren, maar dat wel geëvolueerd is ten opzichte van de vorige generatie. Met nieuwe koplampen, vloeiendere lijnen en vlak aansluitende deurgrepen, en vooral een 10 cm langere carrosserie, is hij nu langer dan 5 meter.

Mercedes biedt niet één, maar twee voertuigen aan in dit segment. Aan de ene kant de klassieke E-Klasse, onlangs vernieuwd en verkrijgbaar in zowel verbrandings- als hybrideversies. En aan de andere kant de 100% elektrische EQE. Voor het EQ-gamma heeft Mercedes gekozen voor een iets futuristischer design, met ronde vormen en sportievere lijnen dan de gebruikelijke modellen van het merk. Het is een keuze die reguliere klanten zou kunnen ontstemmen, vooral omdat deze EQE, ondanks het feit dat hij slechts iets korter is dan de E-Klasse (4.946 mm tegenover 4.949 mm), compacter en minder formeel oogt.

Merk op dat de BMW i5 ook verkrijgbaar is als stationwagen, terwijl de EQE het moet doen met het berlineformaat. Qua design wint de BMW de race om zijn traditionelere uitstraling.

 Voor het passagierscompartiment geldt het tegenovergestelde. Mercedes heeft dezelfde designcodes gebruikt als in de nieuwste modellen, met een digitaal instrumentenpaneel van 12,3 inch en een verticaal geplaatst centraal scherm van 12,8 inch waarmee alle bedieningselementen van de wagen kunnen worden bediend. Het is intuïtief in gebruik en je kan zelfs bepaalde snelkoppelingen aanpassen. Het instrumentenpaneel kan volledig worden aangepast aan de smaak en behoeften van de bestuurder.

Beide schermen zijn aanraakgevoelig, maar kunnen ook worden bediend met de fysieke knoppen op het stuurwiel, zodat je je ogen nooit van de weg hoeft te halen.

Als optie kun je kiezen voor het MBUX Hyper-screen, dat bestaat uit 3 digitale toetsenborden die samensmelten onder een glazen oppervlak: het digitale instrumentenpaneel, het centrale scherm en een derde voor de passagier.

De materiaalkeuze is van topklasse, met leder, alcantara en zelfs hout op het dashboard. Dankzij de wielbasis van 3,03 m is de binnenruimte royaal en de achterpassagiers genieten van een volledig vlakke vloer, zij het iets verhoogd door de aanwezigheid van de batterijen. Langere mensen zullen hun benen moeten buigen.

BMW heeft het dashboard van zijn vlaggenschip i7 aangepast aan deze i5 door een paar elementen lichtjes te wijzigen. Het BMW Curved Display bestaat uit een 12,3-inch digitaal instrumentenpaneel en een 14,9-inch centraal infotainmentscherm die naast elkaar bovenin het dashboard zijn geplaatst. Het systeem reageert goed, maar de vele menu’s zijn even wennen.

In tegenstelling tot de vorige generaties is de kwaliteit van de materialen iets minder en wordt er meer gebruik gemaakt van kunststoffen. De LED-lichtstrip die over het dashboard loopt, past niet bij het premium imago van de wagen.

De wielbasis van 2.995 mm biedt veel binnenruimte, maar langere achterpassagiers zullen te weinig voetruimte hebben, terwijl de middelste zitplaats wordt gehinderd door een transmissietunnel die ons eraan herinnert dat deze i5 een omgebouwde auto met verbrandingsmotor is.

De kofferruimte van de i5 is 490 liter, tegenover 430 liter voor de Mercedes.

In deze tweede ronde komt de Mercedes als beste uit de bus, dankzij de betere binnenruimte en de chiquere kwaliteit.

Voor deze vergelijkende test hadden we de BMW i5 eDrive40 en de Mercedes EQE 350+ Long Range. In deze configuratie heeft de BMW een 81,2 kWh batterij en een 340 pk sterke elektromotor. De Mercedes verbergt een 90,5 kWh batterij en een 292 pk motor onder zijn carrosserie.

Dankzij de grotere accu komt de Mercedes als beste uit de bus als het gaat om autonomie, die op papier tot 682 km bedraagt, vergeleken met ‘slechts’ 582 km voor de BMW. Omdat die laatste ook krachtiger is, verbruikt hij meer brandstof.

In werkelijkheid is het met beide modellen moeilijk om onder de 20 kWh te komen.

Wat opladen betreft, zijn beide voertuigen standaard compatibel met AC-opladen op 11 kW. Als optie kunnen ze allebei opladen met 22 kW voor bijna dezelfde prijs – ongeveer 1.200 euro. Voor snelladen heeft de BMW echter de overhand: hij accepteert gelijkstroomopladen tot 205 kW, tegenover 170 kW voor de Mercedes.

In dit opzicht is het moeilijk kiezen tussen de twee koninginnen, de ene met een beter bereik, de andere met meer vermogen. Maar als we er slechts één zouden moeten kiezen, dan zou het de Mercedes zijn, vanwege zijn autonomie, die hem helemaal aan de top van zijn categorie plaatst.

Aan boord van deze twee hatchbacks is het comfort op zijn best en de veiligheid van de inzittenden wordt gegarandeerd door een groot aantal rijhulpsystemen en speciale uitrustingen, waarvan de meeste optioneel zijn – jammer in een tijd waarin veel concurrenten deze systemen standaard op hun modellen monteren.

De Mercedes speelt optimaal in op comfort en hult de bestuurder in een cocon dankzij de bekleding, maar ook dankzij het nauwgezette werk aan de akoestiek. Dat is niet verwonderlijk, want de EQE is gebaseerd op de grote EQS berline en bevat veel van zijn kenmerken en technologieën. De keerzijde is een gebrek aan dynamiek en een hoog gewicht dat soms voelbaar is, vooral in bochten. Ook het zicht naar achteren is zeer matig.

Met zijn 340 pk is de BMW iets dynamischer. Zijn chassis is wendbaar en zijn vooras is bereid om in alle situaties de belasting op zich te nemen. Eerlijk gezegd valt daar weinig op aan te merken. Tijdens onze testrit merkten we echter een paar geluiden op de weg, wat suggereert dat de geluidsisolatie niet zo goed is als die van de Mercedes.

Als het op rijden aankomt, neemt de BMW de leiding dankzij een aangenamer rijgedrag en een dynamischer gevoel dankzij het grotere vermogen.

Hoewel de basisprijs van de Mercedes EQE meer dan 6.000 euro (exclusief btw) hoger ligt dan die van zijn concurrent, komt de Mercedes EQE uit deze vergelijking naar voren met een iets lagere uiteindelijke TCO (20 euro) dankzij een iets aantrekkelijker maandelijkse huurprijs en een beter brandstofverbruik, althans op papier.

Als fleetbestuurder kost de Mercedes daarentegen iets meer: zo’n 20 euro meer per maand. Een verschil dat voor een voertuig van dit type natuurlijk relatief is…

Zoals je kunt zien, is het hier gelijkspel.

Met de i5 en de EQE bewijzen de twee Duitse fabrikanten opnieuw dat ze de koningen zijn op het gebied van statige berlines. Hoewel het concurrenten zijn, bieden de twee wagens verschillende prestatieniveaus: de EQE is comfortabeler, geeft de voorkeur aan autonomie en heeft een ontwrichtend design, terwijl de i5 qua design meer in de lijn ligt, maar de voorkeur geeft aan dynamische prestaties. En het is die laatste – de BMW – die onze voorkeur zou genieten als we er één moesten kiezen op basis van deze criteria.