Gepubliceerd op 30 November 2022 om 13h39
Door Damien Malvetti

Alain Visser (LYNK&CO): “Wagenparkbeheerders laten zien dat er een efficiëntere manier is om hun wagenpark te beheren”

In zijn bestaan van amper 5 jaar – en minder dan 2 jaar in ons land – is Lynk&Co erin geslaagd naam te maken in de autosector. Met zijn verhuurconcept “op aanvraag” wil het Chinese merk, dat deel uitmaakt van de Geely-groep, een revolutie in de sector teweegbrengen en bestuurders van een wereld van eigendom naar een wereld van gebruik verplaatsen. Ter gelegenheid van de opening van de 10e Lynk&Co club in Milaan spraken we met de baas van het merk, de Belg Alain Visser.

|||||||||
||||||||| © |||||||||

Alain Visser is Belg van geboorte en heeft een zeer mooie staat van dienst in de autosector. Als voormalig GM-, Opel- en Volvo-medewerker neemt hij geen blad voor de mond als hij het heeft over de sector waarin hij altijd heeft gewerkt. “De auto-industrie is in 50 jaar niet veranderd. We blijven praten over duurzaamheid, maar het enige wat duurzaam is in deze sector is elektrificatie. Het blijft een complex en taboe onderwerp omdat een elektrische wagen niet altijd 100% duurzaam is als je naar het hele proces kijkt. De autosector is, naar mijn mening, een van de meest inefficiënte industrieën op onze planeet.

In de overtuiging dat de huidige automarkt niet meer voldoet aan de behoeften van een deel van de consumenten, besloot hij vijf jaar geleden een gloednieuw bedrijf te starten, Lynk&Co genaamd.

“Een auto moet geconnecteerd zijn alvorens hij krachtig is”

Het concept is eenvoudig: een voertuig (de Lynk&Co 01), verkrijgbaar in twee kleuren en zonder opties (alles is standaard), die ofwel te koop ofwel te huur wordt aangeboden, waarbij je het contract op elk moment kunt beëindigen. Dit alles voor een zeer laag vast maandelijks bedrag (550 euro) en gekoppeld aan een platform waarmee u uw auto kunt onderverhuren aan andere gebruikers wanneer u hem zelf niet gebruikt. Eenvoudig, zuinig en efficiënt!

“Ons model is gebaseerd op drie trends”, zegt Alain Visser. “Enerzijds de verschuiving van eigendom naar gebruik. Deze trend naar dematerialisatie zien we steeds meer in Europa, de VS en China: mensen zijn minder gehecht aan hun bezittingen. Ze vinden het niet meer nodig om hun voertuig te bezitten. De tweede trend is dat mobiliteit altijd een primaire menselijke behoefte zal blijven. Maar tegenwoordig draait alles om connectiviteit. Kijk, als je met je partner naar een restaurant gaat, heb je dan niet je smartphone bij de hand? Een moderne auto moet dus verbonden zijn. Dat is wat telt voor de nieuwe generatie, veel meer dan het aantal pk’s onder de motorkap. De derde trend is dat wij – vooral jongeren – ons eindelijk zorgen maken over onze planeet. Een bedrijf moet dus duurzaam zijn als het zijn personeel wil behouden. Lynk&Co is zeker niet het meest duurzame bedrijf dat er bestaat, maar we doen er alles aan om dat wel te zijn.”

“Een rode auto? Dan kan je best ergens anders gaan kijken!”

En bij Lynk&Co wordt die duurzaamheid niet alleen bereikt door het aangeboden voertuig, maar ook door het bedrijfsmodel onder de aandacht te brengen. “Hoe meer je je auto deelt met andere gebruikers, hoe meer je je ecologische voetafdruk verkleint,” zegt Alain Visser. “En bovendien maak je het winstgevend.”

Het merk kiest er ook voor zijn aanbod te vereenvoudigen. “Sommige wagens op de huidige markt hebben miljoenen mogelijke combinaties. Je moet naar een dealer om je model te configureren. Bij ons is het heel eenvoudig: twee kleuren, één prijs, geen kortingen, geen opties. Wil je een rode auto? Dan kan je best ergens anders gaan kijken!”

En de dealers? Lynk&Co heeft er geen. Het merk heeft echter wel ‘Clubs’ in verschillende Europese steden. Ze zijn bedoeld als ontmoetingsplaatsen, ruimtes om werk te delen, expositieruimtes voor lokale kunstenaars, en kunnen zelfs voor een avond in een concertzaal worden omgetoverd. De Lynk&Co 01 wordt daar natuurlijk tentoongesteld, maar het is niet noodzakelijk het meest zichtbare element van de Club. Een bezoek aan een Club is vooral een ervaring, een duik in de wereld van het merk. “We leggen veel nadruk op onze Clubs en de sfeer die ze bieden. De mensen die er werken zijn ook erg belangrijk. Je kunt de beste plaats ter wereld hebben, maar als de mensen die er werken het imago van de plaats niet weerspiegelen, zullen de klanten niet verkocht worden.”

De merkbekendheid vergroten

Op 26 november opende Lynk&Co in Milaan haar 10e Club in Europa voor het publiek. Het is een trendy, kleurrijke, moderne plek, die je dankzij de inrichting in een paar seconden meeneemt van de wondere wereld van ‘Charly and the Chocolate Factory’ naar een psychedelisch decor of het chique kantoor van een tarotlezeres. Elke club heeft zijn eigen identiteit. Die in Antwerpen biedt ook een geweldige, meeslepende ervaring. “We zijn momenteel actief in 7 landen en zullen in de toekomst blijven uitbreiden naar nieuwe Europese landen. Maar vandaag is de prioriteit voor het merk het vergroten van zijn naamsbekendheid. Meer mensen moeten weten wie Lynk&Co is en wat we doen.”

Want Alain Visser is ervan overtuigd dat het concept altijd een bredere klantenbasis zal aanspreken. “We zien duidelijk een Netflix-effect bij onze klanten. Velen nemen een abonnement voor een maand en houden de auto uiteindelijk langer. Het gemiddelde abonnement van onze klanten is één jaar. De lange wachttijden van andere fabrikanten zijn ook een voordeel voor ons. En Covid-19 heeft mensen doen beseffen dat ze hun auto maar heel weinig op een dag gebruiken. Gemiddeld 5% van de tijd. Dus het verhuurconcept is zinvol. Na een langzame start neemt het aantal bestellingen van onze modellen nu toe. Op de particuliere markt zijn 99% van de bestellingen voor maandelijkse abonnementen.”

En hoe zit het met de fleet? “Daar valt ook wat te halen. We moeten wagenparkbeheerders de hand reiken en hen laten zien dat er een efficiëntere manier is om hun wagenpark te beheren. En dat het bedrijf bovendien de kans geeft geld te besparen.”

Feit blijft dat Lynk&Co alleen een PHEV-model aanbiedt en geen volledig elektrisch model, een echte handicap bij het aantrekken van fleet-klanten in de toekomst. “De full electric komt over twee jaar”, zegt Alain Visser. “Maar we hebben ervoor gekozen om met de hybride te beginnen omdat de oplaadinfrastructuur in België momenteel totaal ontoereikend is. De groei van elektrische voertuigen is veel groter dan de groei van de infrastructuur. Ik doe een beroep op onze politici die aandringen op volledig elektrische auto’s, maar niets doen om de infrastructuur te ontwikkelen. Waar wachten ze op om te investeren? Kijk naar Nederland of Noorwegen. De leiders van deze landen hebben begrepen hoe zij de overgang moeten aanpakken.”

Een andere bijzonderheid van Lynk&Co is dat het geen dealers of werkplaatsen heeft. Het merk vertrouwt daarom op de garages van zijn neef Volvo. “Dit is geen probleem. Het wijdverbreide gebruik van elektrische voertuigen zal de frequentie van werkplaatsbezoeken verminderen. Niet alleen omdat deze wagens minder onderhoud vergen, maar ook omdat de kwaliteit van de auto’s toeneemt. Door te vertrouwen op de werkplaatsen van Volvo stellen wij hen in staat hun gebruiksniveau te handhaven tegenover deze nieuwe trend. En als de Volvo-dealers morgen niet meer volstaan om voor onze auto’s te zorgen, zullen wij andere partners zoeken.”

 

Damien Malvetti

Damien Malvetti, redacteur van dit artikel

Damien Malvetti is opgeleid als journalist en gepassioneerd door wagens, technologie en mobiliteit. Hij is verantwoordelijk voor de redactionele inhoud van link2fleet en beschikt over een uitgebreide kennis van de fleet-sector en elektrische mobiliteit.
Dit artikel gaat over: Car-sharing, car-pooling & Taxi , Mobiliteit

Gelijkaardige artikels